Partneralimentatie

Voor berekening van de hoogte van de partneralimentatie wordt, net als bij de kinderalimentatie, eerst gekeken naar de behoefte van de alimentatiegerechtigde voor een bijdrage in diens levensonderhoud. Die behoefte aan partneralimentatie wordt berekend op basis van het netto besteedbare inkomen tijdens het huwelijk van beide partijen, verminderd met de behoefte van de kinderen. Voorts wordt gekeken naar de draagkracht van beide partijen. Wat kan de alimentatiegerechtigde zelf betalen, uit eigen inkomen, en wat kan de alimentatieplichtige zo nodig bijdragen. Op basis van de berekening worden in overleg tussen partijen afspraken gemaakt. Natuurlijk speelt ook een rol of een alimentatiegerechtigde in staat is om het eigen inkomen zelf aan te vullen.

Nieuwe regelgeving partneralimentatie

Vanaf 1 januari 2020 gelden nieuwe regels ten aanzien van de termijn voor partneralimentatie, vastgelegd in de Wet herziening partneralimentatie. Deze regels gelden zowel voor huwelijken als voor een geregistreerd partnerschap. Van 1 januari 2020 tot 1 januari 2023 is ook de fiscale aftrek op de partneralimentatie stapsgewijs  beperkt.

Maximale termijn partneralimentatie

Scheidingen van vóór 1 januari 2020

Als maximale duur van het recht op partneralimentatie geldt voor scheidingen, waarvan het verzoek aan de rechter is ingediend vóór 1 januari 2020, nog twaalf jaar na datum echtscheiding, tenzij er sprake is van een huwelijk of geregistreerd partnerschap, zonder kinderen, dat niet langer dan vijf jaar heeft geduurd. Hiervoor geldt een maximale termijn die even lang was als de duur van het huwelijk.

Scheidingen van na 1 januari 2020

Voor scheidingen vanaf 2020 is de duur van de partneralimentatie teruggebracht tot de helft van de duur van het huwelijk met een maximum van vijf jaar. Maar er zijn enkele uitzonderingen.

Uitzonderingen

Op de standaardregeling (maximaal vijf jaar) zijn drie uitzonderingen waardoor de termijn langer kan zijn:

  • Kinderen jonger dan twaalf jaar: heb je samen minderjarige kinderen dan eindigt het recht op partneralimentatie als het jongste kind twaalf jaar wordt;
  • Een lang huwelijk: als het huwelijk minimaal vijftien jaar heeft geduurd en de alimentatiegerechtigde binnen tien jaar AOW krijgt, dan loopt de alimentatieverplichting  tot aan de AOW-leeftijd;
  • Een lang huwelijk en geboren vóór 1970: er geldt een overgangsregeling voor ex-partners die geboren zijn op of voor 1 januari 1970, die over meer dan tien jaar AOW krijgen en bij wie het huwelijk langer heeft geduurd dan vijftien jaar. In deze situatie is de alimentatieduur maximaal tien jaar.

Overigens houdt de rechter in schrijnende gevallen altijd het laatste woord. De mogelijkheid om in die gevallen een langere termijn dan vijf jaar (of tien jaar) toe te wijzen blijft bestaan.

Zelf beslissen

Natuurlijk houden partners nog steeds de mogelijkheid om zelf, in onderling overleg, andere afspraken te maken. Dit geldt voor de hoogte van de partneralimentatie als ook voor de termijn. Er kan bijvoorbeeld worden gekozen voor een termijn waarbinnen de partneralimentatie elk jaar iets wordt afgebouwd. In de eerste tijd na de echtscheiding is er immers vaak meer steun nodig dan na verloop van tijd, bijvoorbeeld als er nog schoolgaande kinderen zijn. Soms worden er ook alternatieve afspraken gemaakt. Denk bijvoorbeeld aan een extra bedrag ineens voor het volgen van een cursus of opleiding die meer kans geeft op een baan of betere mogelijkheden.

Fiscale aftrek partneralimentatie

Partneralimentatie is fiscaal aftrekbaar voor de betaler en is fiscaal belast bij de ontvanger en de ontvanger is hierover ZVW-premie verschuldigd. Vanaf 2020 is de fiscale aftrek trapsgewijs beperkt tot 37,05% in 2023.

Veel gestelde vragen Partneralimentatie

Heb je een vraag, wil je gebruik maken van een gratis kennismakingsgesprek of een afspraak inplannen?

Klik dan hier